Toen we in maart kennismaakten met het coronavirus en Nederland ‘op slot’ ging, was er een mentaliteit voelbaar van: de schouders eronder en dan redden we het. Nu we een tweede coronagolf doormaken is de stemming anders.
We voelen ons aangeslagen, misschien zelfs een beetje vérslagen. Het is niet ondenkbaar dat er nog meer golven zullen volgen met telkens een ander pakket aan maatregelen die ons er doorheen moeten loodsen met onzekerheid over het gewenste effect. De routine waar velen van ons – ik zelf ook – zo bij gebaat zijn, is ver te zoeken. Het is belangrijk ons niet te laten gijzelen door het virus; we hebben onze vrijheid nog. Als we ons houden aan de richtlijnen en adviezen, dan kunnen we nog steeds veel en dan kunnen we er nog steeds voor elkaar zijn, juist nu we elkaar zo nodig hebben.
Naast de stijging van het aantal besmettingen en de zorgen die we hebben over de komende maanden gebeuren er ook mooie en bijzondere dingen. Het opvallendste van de afgelopen week was natuurlijk dat de motie Segers werd aangenomen. Hierin vraagt hij het kabinet in gesprek te gaan met landelijke vrijwilligersorganisaties om hen beter in staat te stellen de gevolgen van de coronacrisis te verzachten. Het gesprek staat gepland in de eerste week van november.
Het aannemen van de motie Segers is goed nieuws! Het laat zien dat ons werk gezien en erkend wordt en dat de kracht van vrijwilligerswerk juist nu het verschil kan maken. Dat dit nodig is, is wel duidelijk. Sociaal isolement neemt toe, het welzijn en de mentale gezondheid van onze jeugd verslechteren en de werkloosheid groeit. Corona raakt iedereen, de een harder dan de ander. Laten we de moed en motivatie opbrengen om binnen de mogelijkheden die we hebben ons te blijven inzetten voor wie onze hulp nodig heeft.
Laten we hierbij onszelf niet vergeten. Ik ga ervan uit dat we naar elkaar blijven omkijken, dat we duidelijk aangeven wat we voor onszelf haalbaar vinden. Dat we elkaars grenzen respecteren en kijken naar wat dan wel mogelijk is. Vrijwilligerswerk wordt gedaan door bevlogen en vindingrijke mensen. Laten we hier vooral gebruik van maken.
Nog twee maanden te gaan en het jaar zit erop. Maandag 26 oktober heeft het hoofdbestuur zich gebogen over het jaarplan en begroting voor 2021 en de notitie Contouren Humanitas 2025 en de meerjarenagenda van Humanitas. Eind november ligt het voor bij de ledenraad. Ik heb nu al grote wensen voor onze vereniging voor volgend jaar. Dat we nog meer gezamenlijk gaan optrekken, dat we elkaar vinden en dat we samen met het hoofdbestuur, de afdelingen, districten en ledenraad stevig aan de slag gaan om de bestuurlijke inrichting van de vereniging te herzien. Vrijwilligers en beroepskrachten kijken naar creatieve en inventieve manieren om tegemoet te blijven komen aan de vraag van mensen, lokaal en dichtbij.
Ik wens ook dat we meer naar buiten kunnen treden en zichtbaar zijn voor de omgeving, en werken aan mooie samenwerkingen. Slagvaardig en wendbaar zijn, dat is wat de toekomst vraagt van vrijwilligersverengingen en ook van ons. De kracht van Humanitas is dat je als lid of vrijwilliger deel uitmaakt van een vereniging die ertoe doet. Ook hier willen we in 2021 veel concreter invulling geven.
Natuurlijk gaat dit alles niet vanzelf; het is een mooie uitdaging die we samen aangaan. De vereniging Humanitas is in alle verscheidenheid een daadkrachtige eenheid. Wat niet lukt in 2021, lukt vast wel in 2022. Mijn laatste wens voor Humanitas is: laten we vooral doorzetten en elkaar uitdagen om te ‘verenigen’ en hier de tijd en energie in steken die nodig is om dit alles te bereiken. Zorgvuldig en toch gestaag.
Angelique van Dam
Directeur Humanitas |